Reflecties op het beleidstraject ‘Vroeg en Nabij’
‘Vroeg en Nabij’ is het ambitieuze beleidstraject om de ondersteuning zo vroeg en zo dicht mogelijk bij kinderen, jongeren en hun gezinnen te brengen. Meer bepaald hebben Agentschap Opgroeien, Zorg en Gezondheid, het Vlaams agentschap voor Personen met een handicap en het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin de handen in elkaar geslagen om de contouren van een geïntegreerd gezins- en jeugdbeleid uit te tekenen. De inspiratienota die werd opgesteld door de toenmalige minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, was de vertrekbasis voor dit traject.
De afgelopen maanden werden stakeholders vanuit verschillende intersectorale hoeken samengebracht in werkgroepen om deze contouren verder vorm te geven. Ook het Cliëntenforum en haar ledenorganisaties waren hierop aanwezig en brachten mee het cliëntenperspectief binnen. Dit om bij te dragen aan de uiteindelijke conceptnota en haar visie.
Op 17 februari 2023 werd deze conceptnota goedgekeurd door de Vlaamse regering. We zijn met de leden van het Cliëntenforum dan ook heel verwachtingsvol en benieuwd naar de verdere uitwerking en implementatie van Vroeg en Nabij.
We verenigen ons met de drie grote doelstellingen en zeven krachtlijnen die de conceptnota vorm geven. Deze bieden immers een antwoord op verschillende gebieden. Tegelijk roept de conceptnota echter ook nog veel vragen op. Er zijn dan ook een aantal aandachtspunten die we vanuit het Cliëntenforum willen benoemen:
Regie bij gezinnen
Bij deze uitdaging komt het erop aan om te vertrekken vanuit het gezin, over wat het gezin nodig heeft. Een noodzakelijke voorwaarde die hiermee verbonden is, betreft dat de nodige instrumenten gegeven (en behouden) worden om die regie te realiseren. Ondanks dat de conceptnota met reden belicht dat de regie over het traject zo snel en zo lang als mogelijk bij de betrokkenen moet worden behouden, zien we echter weinig concrete instrumenten terugkomen die de cliënt regie geven over zijn/haar traject.
Het aanstellen van een makkelijk aanspreekpunt, zoals een trajectbegeleider, wordt in Vroeg en Nabij beschreven als een manier om die regie meer bij de cliënten te leggen, maar wij geloven niet dat dit voldoende is om de inspraak van de cliënten hierin te verzekeren.
Een voorbeeld van hoe deze regie wél verzekerd kan worden, vinden we terug in het instrument van persoonsvolgende financiering voor de gezinnen met kinderen met een beperking. Dit betekent concreet dat deze gezinnen met een budget zelf kunnen beslissen op welke hulpverlening ze willen inzetten, wat zorgt voor meer eigenaarschap.
Welzijn is meer dan welzijn
Gezinnen met een hulpvraag in het domein van jeugdhulp, ondervinden soms ook uitdagingen met andere zaken, zoals het vinden van kwalitatieve en betaalbare huisvesting, een drempel ervaart tot de arbeidsmarkt, met ernstige gezondheidsproblemen kampt,... Dan weten we dat dergelijke uitdagingen binnen verschillende levensdomeinen vaak een versterkend effect hebben op elkaar.
Door ook in te zetten op laagdrempelige hulpverlening op andere domeinen dan jeugdhulp, krijgt een gezin meer mentale ruimte. Want door de stabiliteit op het ene te verbeteren, kan een positief domino-effect teweeggebracht worden op andere levensdomeinen.
In de conceptnota staat terecht beschreven dat er binnen het domein van welzijn, volksgezondheid en gezin veel kansen liggen om een sterkere jeugdhulp uit te bouwen. Maar we roepen op aan de bevoegde kabinetten en sectoren, dat het cruciaal blijft om het bredere plaatje te zien en ondersteuning te blijven bieden op alle relevante domeinen. We hopen dan ook vooral te merken dat het integrale verhaal kan blijven leiden naar verdere ontschotting en positieve impact op meerdere levensdomeinen.
Hulp zo lang mogelijk in eigen context
Hulpverlening blijkt het meest effectief als deze plaatsvindt in de eigen, vertrouwde context. Ook kinderen en jongeren met bijzondere zorg – en ondersteuningsbehoeften moeten zoveel mogelijk in een normale alledaagse omgeving kunnen opgroeien. Een vertrouwenspersoon van een cliënt haakt echter sneller af als blijkt dat diens engagement structureel wordt benaderd. Aandacht voor dit spanningsveld ontbreekt dan ook in de conceptnota.
Cliëntenrechten
Cliënten in de jeugdhulp zijn vaak niet voldoende geïnformeerd over hun rechten en ook in de conceptnota blijft dit luikt onderbelicht.
Belangrijke rechten die benoemd moeten worden binnen ‘Vroeg en Nabij’ gaan bijvoorbeeld over het recht op toegang tot het dossier. Daarin wordt voorzien dat de minderjarige vanaf 12 jaar toegang heeft tot zijn dossier en daarin ook zaken aan kan toevoegen of verbeteren. Een ander voorbeeld is het recht op een vertrouwenspersoon. Een minderjarige heeft bij elk contact binnen de jeugdhulp recht op bijstand van een vertrouwenspersoon, die de minderjarige vergezelt naar alle contacten met jeugdhulpverleners.
Idealiter willen we dus zien dat er enerzijds meer aandacht komt binnen ‘Vroeg en Nabij’ voor de rechten van deze cliënten, waarbij er op het niveau van de overheid en de voorzieningen/hulpverlening de reflex en/of de verantwoordelijkheid wordt genomen om enerzijds die rechten te vrijwaren en anderzijds het informeren van de rechten naar de cliënten toe ter harte neemt.
Vroeg en nabij impliceert een grote verandering in het jeugdhulplandschap. We verwachten dan ook dat de overheid bij de implementatie hiervan steeds duidelijk en op een laagdrempelige manier communiceert over wat deze veranderingen betekenen voor zij die hier door beïnvloed worden: de kinderen en jongeren, ouders en opvoedingsverantwoordelijken.
Maatschappelijke verantwoordelijkheid
‘Vroeg en Nabij’ mag haar doel niet voorbij schieten. Het Cliëntenforum wil daarom waarschuwen voor het ongewenste effect dat kan worden gecreëerd doordat er heel veel extra druk wordt gezet op gezinnen rond de ‘eerste 1000 dagen’.
In de conceptnota worden die eerste 1000 dagen omschreven als de hoeksteen van de preventieve gezinsondersteuning. Maar we willen vermijden dat Vroeg en Nabij vooral vanuit een individueel schuldmodel wordt benaderd en een collectieve, maatschappelijke verantwoordelijkheid niet in rekening wordt gebracht.
Cliënten als protagonisten
Het blijft ook essentieel dat de cliënten bij het verdere verloop van dit traject sterk betrokken worden. Zij zijn immers de protagonisten van ‘Vroeg en Nabij’.